Over oorlogsbeton

Is dit een verhaal over bunkers? Meer is het een verhaal over landschap. Niet over natuur. Het begon landschap te worden toen de mensen de bunkers zijn gaan bouwen. Het is dus een verhaal over mensen. Over hun gedrag, wat zij doen, hoe zij handelen. En over waanzin.

Dit fotoproject belicht betonwerken die zijn ontstaan in tijdperken van oorlog en politieke spanningen. Het zijn bouwwerken die in de natuur zijn achtergebleven en geen functie meer lijken te hebben. De fotografie toont niet alleen hun aanwezigheid, maar ook hoe zij vandaag de dag het landschap vormen.
Het zijn relicten van geweld uit voorbije tijden, maar hun voorkomen vertelt nog altijd actuele, verontrustende en gewelddadige verhalen.

Het heeft me lang geboeid een deel van de Atlantikwall zo direct in mijn eigen omgeving tegen te komen. Een deel van onze recente geschiedenis zo nabij. En al heb ik het dan niet zelf meegemaakt, ik ken de verhalen van familieleden, kennissen ouder dan ikzelf. Van films die wel in mijn tijd gemaakt zijn.
Ik heb heel wat uren, dagen doorgebracht in dit gebied dat zich toch voornamelijk kenmerkt als een oase van rust en ruimte, stuifduinen en beboste duintoppen, damherten, een half tamme vos, jagende buizerds, kortom, de vrije natuur, zoals we dat dan in Nederland noemen.
Dat geeft een merkwaardig contrast: deze onnatuurlijke betonnen bouwwerken in een omgeving van stilte en rust.

Daar ontstond langzamerhand de frictie. Want die betonnen massa’s met hun soms onbegrijpelijke en rigide vormen hebben niets met stilte en rust van doen. Hoe kalm zij daar ook liggen, ze zijn vreemd, ongewild, vertegenwoordigen een afschuwelijke geschiedenis, ze horen niet thuis in dit landschap. Ze liggen daar zwijgzaam, maar vertellen een geschiedenis die uitstraalt over het land.

Vele zijn imposant. Ze zijn overduidelijk aanwezig. Maar het ging mij niet om het kolossale, hun omgeving opeisende gestalte. Ik werd vooral geboeid door wat je nauwelijks ziet of snel aan voorbij gaat. Wat ogenschijnlijk weinig is maar toch het landschap is gaan bepalen. De fragmenten, details die door het zand steken en iets prijs geven over dat wat onzichtbaar is. Soms kleine delen die een groot verhaal vertellen. Ingenomen door de natuur of welbewust weggemoffeld (vergeef me de woordspeling) door de mens. Zij geven aan dat dit landschap meer is dan bomen en zand, dat er geschiedenis ligt. Ze roepen nieuwsgierigheid op die overgaat in een zekere afschuw zodra je meer weet over welke geschiedenis zij vertellen. Waarom ze er zijn. Het verhaal van een fragment is de verbindende schakel naar de actualiteit. Naar nieuwe afschuwelijke verhalen die op dit moment gemaakt worden.

Stille getuigen die er overdag wat doods bij liggen. Maar in schemer verandert dat. Dan wordt het ongemakkelijk. Ik moet veel lopen, veel kijken, staren om de juiste foto te kunnen maken. Maar de angst bekruipt me dat iets zal toeslaan op het moment dat ik door de zoeker kijk, op de ontspanknop druk en het beeld heel even zwart wordt. Foto gemaakt, wegwezen! Ik kijk nog achterom of het veilig is, mijn pas versnellend.

Die bouwwerken, ze zijn unheimisch, een van oorsprong Duits woord. En ik kon mijn fotografische interpretatie niet anders laten zijn dan unheimisch. Ik kan haast geen ander woord vinden, hoe treffend. Zouden de geallieerden het uncanny hebben genoemd? En in het Nederlands? ‘Niet pluis’, geeft het woordenboek. Beklemmend. Beangstigend. De Duitsers gebruiken het woord niet meer. Hebben het achtergelaten tussen het beton.
En eigenlijk is het unheimlich.

Het zijn vreemde objecten in het landschap. Vreemd ten opzichte van de natuurlijke omgeving waarin ze staan, hoewel ook in die omgeving de ingrepen van de mens aanwezig zijn. Het contrast in vorm en materiaal van deze objecten binnen hun omgeving: het zijn ‘fremdkörper’. Alweer een Duitstalig begrip. Ze horen hier niet, maar we zijn er aan gewend geraakt, maken deel uit van de geschiedenis van nieuwe generaties.

Vreemd maar ongevaarlijk zijn ze voornamelijk overdag. Maar met het invallen van schemer, in duisternis ontstaat er een wereld waarin ze beter lijken te passen. Verontrustend en duister, geheimzinnig en dubieus. Een verborgen en obscuur genius loci. Hier wil je eigenlijk niet zijn.